Het lijkt heel eenvoudig, tot je in de winkel voor een rek vol flessen staat. Als cadeau of voor bij een zelfgekookt kerstdiner, welke fles kies je het best?

Katrien verdiepte zich enkele jaren geleden in de wereld van de wijn, met het internationale diploma van Wine Spirits & Education Trust op zak geeft ze in deze blog 5 tips over hoe best de wijn te kiezen.

Onder de wijnranken in Valpolicella in Italie

Stap 1: Wat is het doel van je aankoop?

De gelegenheid waarvoor je een wijn zoekt is erg bepalend voor je keuze. Organiseer je een feestelijk diner? Of ga je voor een picknick in het park? Ook het type gerecht speelt een belangrijke rol: Serveer je een lichte maaltijd, kies dan voor een lichte, frisse wijn. Bij pittige, stevige gerechten passen krachtige wijnen beter.

Is de fles wijn niet voor eigen consumptie, maar als cadeau, denk dan na over wat de gelukkige graag drinkt of eet en pas daar je keuze op aan.

Stap 2: Bepaal je budget

Wat wil jij maximaal uitgeven aan een fles wijn? Is vooral de inhoud van de fles belangrijk, of gaat het juist ook om de uitstraling, naam of een leuk etiket?

In de supermarkten in België of Nederland zijn ook de goedkopere flessen goed gemaakte wijnen, natuurlijk speelt budget een rol in de kwaliteit van de fles die je zal kopen, maar voor 10 EUR heb je al een lekkere fles wijn met alle moderne technieken. Een oude regel is dat je dure wijn langer moet laten rijpen in je kelder, maar dit is niet altijd waar. Duurdere wijnen hebben vaak meer verouderingspotentieel, maar je kan ze zeker ook jong drinken.

Stap 3: Leer over wijn om beter te kiezen

Katrien investeerde tijdens Corona een deel van haar tijd in een wijnopleiding WSET - een internationale cursus die in België gegeven wordt door Winewise. “Dankzij deze cursus ken ik de meeste appellaties in de wereld en heb ik mijn interesse - die er natuurlijk al was - nog meer verdiept waardoor ik veel beter soorten kan onderscheiden en kwaliteit en verouderingspotentieel inschatten. Het was echt een heel zwaar traject, maar echt de moeite waard”. Iedereen kent de Chianti Classico uit Toscane maar wist je dat er even goede of zelfs betere wijn wordt gemaakt van andere druiven die in Italië niet erkend zijn en daarom enkel een geografische indicatie meekrijgen? Op het etiket alleen is het dus niet zomaar altijd af te leiden wat er echt uit de fles zal komen en dat is net het leuke aan wijn - het steeds ontdekken op zoektocht gaan naar geuren en smaken.

Ook schuimwijn kan perfect passen bij een maaltijd

Stap 4: Match je wijn met je gerecht

We kennen allen de “klassieke” matches tussen gerechen en wijn. Bij rood vlees dinken we rode wijn, bij vis witte wijn,… Wil je op zeker spelen, kies dan voor een klassieke combinatie. Maar durf gerust te experimenteren - wist je dat bij een kaasschotel afhankelijk van het soort kaas je wijn best kan variëren van fris droog wit tot dieprood met veel tannines of zelfs een zoete porto bij een blauwschimmelkaas. Door te proberen en geconcentreerd te proeven leer je het meeste. Via deze link een leuke website om je gerecht en wijn te matchen.

Stap 5: Schenk je wijn op de juiste temperatuur

Wals met het glas om de geur te laten vrijkomen

Na aankoop van je fles bewaar je deze tot je ze open maakt op een niet te warme donkere plaats op constante temperatuur.

Wil je je fles serveren? Zorg dan dat je vooraf ze op de juiste temperatuur brengt.

De koelkast is te koud!

Een goed gekoelde wijn, tussen 6-8˚C, brengt de zuren van een wijn op een levendige manier naar voren. Bij te hoge temperaturen worden de bubbels een beetje laf. Bij een hele bijzondere mousserende wijn zorgen een paar graden extra ervoor dat de complexe aroma’s zich meer kunnen profileren. Denk hierbij aan Millesime Champagne bijvoorbeeld. Witte wijnen waarvan hun sappige zuren karakteristiek zijn, doen het goed tussen 8-14˚C. Wanneer de wijn niet alleen op het fruit gemaakt is, maar door bijvoorbeeld houtrijping of rijping voller van smaak en gevoel is, neig dan meer naar 12-14˚C om de complexiteit en body de ruimte te geven.

Beter te koel dan te warm

Voor rode wijnen, die vrij zacht en licht van karakter zijn, is 12-17˚C prima. Hoe lichter de wijn, hoe koeler; hoe fruitiger, hoe warmer. Een wijn voor het serveren een half uurtje koelen in de koelkast is voldoende.

Krachtige rode wijnen hebben veel smaak, aroma’s en soms ook een hoger alcohol percentage. “Kamertemperatuur” tussen 17-19˚C is perfect - maar hou er rekening mee dat onze huiskamers tegenwoordig warmer zijn… Lagere temperaturen verharden de tannines. Maar te hoge temperaturen kunnen een wijn log en zwaar maken. Bovendien zal de alcohol in wijnen met een hoog percentage zich op een onaangename, ‘warme’ manier openbaren. Maar nog altijd kun je een wijn beter iets te koel serveren dan te warm, een glas warmt immers snel op tussen je handen indien nodig.

Wijnen voor de feestdagen